Op 26 oktober 2017 vond het congres “Dementie en muziektherapie” plaats bij Topaz in Leiden. Het was een middag met een gevarieerd programma, die werd afgesloten met een lezing van Erik Scherder.
Lia de Jongh opende het congres. Ze vertelde over het belang van muziektherapie bij zorgorganisaties.
In de lezing van Maarten Verkerk ‘(Be-)sturen op muziek’ werd gekeken vanuit het oogpunt van bestuurders. Wat kost muziektherapie en wat levert het op? Aan de hand van een businesscase van de muziekkusseninterventie liet Maarten zien dat de financiën geen bezwaar mogen zijn bij het inzetten van muziektherapie. Muziektherapie draagt bij aan de kwaliteit van leven van mensen met dementie. Daarnaast kan muziektherapie een bijdrage leveren aan het verminderen van onbegrepen gedrag en medicijngebruik bij mensen met dementie.
De muziektherapeuten gaven in het interview met David Engelhard aan hoe belangrijk het is om af te stemmen op de persoon met dementie. Er kan pas verandering plaatsvinden wanneer de persoon met dementie zich (muzikaal) gehoord voelt.
Tijdens het congres klonk er ook veel muziek. Harry van den Berghe en Wilma Diepgrond brachten twee prachtige liederen ten gehore. Op een indringende wijze werd duidelijk wat de invloed van dementie is op de persoon zelf, maar ook op de mantelzorger. Gea van Straaten bracht de zaal letterlijk en figuurlijk in beweging. Er waren verschillende opdrachten, waarbij muziek werd gemaakt door gebruik van lichaam en stem.
Erik Scherder sloot het congres af met een lezing over muziek en de hersenen. Hij liet zien dat muziek en bewegen nauw met elkaar verbonden zijn; bij het maken van muziek wordt ook de motorische cortex actief. Daarnaast onderstreepte hij het belang van een gepersonaliseerde aanpak bij mensen met dementie. De hersenen reageren sterker op muziek die iemand kent, dan op muziek die iemand niet kent.